Achter de heuvels
Een filosoof stelde Lao Tse eens de vraag: ‘Wat is de weg?’
Lao Tse keek naar de heuvels in de buurt en zei: ‘De heuvels zijn prachtig.’
Dat leek een absurd antwoord en de filosoof vroeg nog eens: ‘Wat is de weg?’
En Lao Tse antwoorde: ‘De heuvels zijn prachtig.’
De filosoof draaide zich teleurgesteld om en ging weg. Lao Tse lachte.
Een van zijn leerlingen zei: ‘Meester, die man moet wel denken dat u niet goed wijs bent.’
Lao Tse zei echter: ‘Je kunt niet vragen: wat is de weg? Alleen onwetende mensen stellen zulke vragen. Er is geen weg die op je ligt te wachten. Jij bént de weg.’
Daarop zei de leerling: ‘Dat begrijp ik wel, maar waarom hebt u de heuvels erbij gehaald.’
Lao Tse antwoordde: ‘Ik moest wel over heuvels spreken, want, als je een weg wilt vinden, moet je over heuvels heen. De weg loopt achter die heuvels en de heuvels zijn zo schitterend dat niemand ze wil oversteken. Ze zijn zo betoverend, ze brengen je in zo’n hypnose, dat je er verdwaalt. En dan te bedenken dat de weg erachter loopt.’