Psalm 23

Mijn herder is de Heer,
het zal mij nooit aan iets ontbreken.

Hij brengt mij in oasen van groen,
daar strek ik mij uit aan de rand van het water,
daar is het goed rusten.
Ik kom weer tot leven, dan trekken wij verder,
vertrouwde wegen, Hij voor mij uit.
want God is zijn naam.

Al moet ik het duister in van de dood,
ik ben niet angstig, U bent toch bij mij,
onder uw hoede durf ik het aan.

Gij nodigt mij aan uw eigen tafel,
en allen die tegen mij zijn
moeten het aanzien: dat Gij mij bedient,
dat Gij mij zalft, mijn huid en mijn haren,
dat Gij mijn beker vult tot de rand.

Overal komen geluk en genade
mij tegemoet, mijn leven lang.
En altijd kom ik terug in het huis
van de Heer, tot in lengte van dagen.

Psalm 23