Voor alle weeskinderen in de wereld…
Ik ben…
Ik ben de zon van het oosten en het westen,
Een warmte die niet brandt maar rust geeft.
Met de dageraad kom ik tevoorschijn langs de gebouwen,
Geef ik licht en vreugde op de gezichten van de vroomen.
Ik ben de zon die niet ondergaat.
Ik ben de ster van de nachten der hemelen,
Het felste licht dat straalt in de woestijnnachten,
Geleidende ster bij elke wens in donkere tijden,
Gids voor de wijzen in de verhalen.
Ik ben de ster die niet uitdooft bij het licht.
Ik ben de wind van de bergen.
Bij elke top van de bergen kun je mij voelen,
Zwevend door de rotsen kun je mijn stem horen.
Bij het afkoelen van de bloemen langs de rivieren kun je mij zien.
Ik ben de wind van je stille innerlijke wereld.
Ik ben de regen van de blauwe lucht,
Een regendruppel uit de hemel die de bodem voedt,
Een water dat leven geeft aan de dorre landen,
De ochtendvorst die met zijn eer en moed kale gronden verandert in een rozentuin,
Een plataan die bloeit na de regen onder het beton.
Ik ben de regen van het paradijs.
Ik ben de hoop van de hopelozen en de eenzamen,
Een klaagzang, een lied dat resoneert in de harten.
In de bergen waar de hoop dood is, ren ik met een druppel hoop naar de zee van hoop,
Een hoopvonk dat de rozen achter de koude muren en de witte duiven bevrijd.
Ik ben de hoop van de hoop.
Ik ben de oceaan die de wereld omringt en de wereld omhelst,
Een koelte die de brandende harten sprenkelt en de pijnlijke harten verlicht,
Die het schip van de stilte beweegt met zijn golven en wind,
Het maanlicht van elke nacht met zijn eindeloze horizon.
Ik ben de oceaan waar liefde is geboren.
Adem Köse
Dat moment in de morgenzon
alsof donker nooit had bestaan,
geen geschiedenis kende.
Eeuwig geluk voor even.
Xander van der Drift
Vertraag.
Vertraag.
Vertraag je stap.
Stap trager dan je hartslag vraagt.
Verlangzaam.
Verlangzaam.
Verlangzaam je verlangen.
En verdwijn met mate.
Neem niet je tijd
En laat de tijd je nemen-
Laat.
Leonard Nolens
Lang geleden leefde er eens een wijze koning die het geheim van verlichting kende. Op een dag verscheen er een vermoeide reiziger aan het hof. De man was uit een ver land gekomen waar mensen niet meer wisten wat verlichting was en op voet van oorlog met elkaar leefden. ‘O wijze koning,’ sprak de reiziger toen hij voor de koning verscheen, ‘vertel me alstublieft uw geheim, opdat ik mijn volk kan helpen om weer in vrede te leven.’ De koning glimlachte en zei: ‘Ik zal je mijn geheim onthullen, maar rust eerst uit van je lange reis. Wandel door de paleistuinen, eet en drink zoveel je wilt en vraag wat je nodig hebt. Vanavond zien we elkaar bij het diner en dan zal ik het geheim onthullen.’ De reiziger boog en liep de troonzaal uit. Bij de deur werd hij opgewacht door een lakei: ‘Zou u zo vriendelijk willen zijn om deze kaars met u mee te nemen en brandend te houden, totdat de koning u vanavond ontmoet?’ De reiziger nam de kaars aan en dwaalde uren door prachtige tuinen en rijk versierde zalen. Toen de avond viel, werd hij voor het diner ontboden. ‘En,’ vroeg de koning toen ze tegenover elkaar zaten, ‘heb je een mooie dag gehad?’
‘Zeker,’ antwoordde de man, ‘ik zag witte pauwen en zwarte zwanen en heb genoten van beelden, fonteinen en wandschilderingen. Maar ik was me ondertussen ook steeds bewust van de vlam die ik brandend moest houden.’ ‘Ah,’ sprak de koning blij verrast, ‘dan heb je mijn geheim ontdekt.’
Als je blijft doen wat je altijd gedaan hebt, blijf je krijgen wat je altijd gekregen hebt
Als ik blijf kijkenzoals ik altijd heb gekekenblijf ik denkenzoals ik altijd dachtAls ik blijf denkenzoals ik altijd heb gedachtblijf ik gelovenzoals ik altijd heb geloofd.Als ik blijf gelovenzoals ik altijd heb geloofdblijf ik doenzoals ik altijd heb gedaanAls ik blijf doenzoals ik altijd heb gedaanblijft mij overkomenwat mij altijd overkwamMaar als ik mijn ogen sluiten voel mijn ware zelf van binnenDan kom ik deze cirkel uiten kan ik steeds opnieuw beginnen…
Albert Einstein
hart van de Geloften
Opdat allen wier levensweg duister is en zwaar, bevrijd worden van angst en zinloosheid.
Dat de dreiging van oorlog, geweld en wederzijds wantrouwen mag ophouden.
Dat er overal in de wereld blijvende vrede mag komen.
Dat alle volkeren het geluk mogen kennen van solidariteit, samenwerking en voorspoed.
Dat wij, oog in oog met de grote problemen van onze tijd, onze verantwoordelijkheid op alle gebied mogen kennen.
Dat de waarde van de natuur door iedereen begrepen en gerespecteerd mag worden.
Dat heel de mensheid mag delen in haar gaven.
Dat elke vorm van geweldpleging tegenover anderen en tegenover onszelf voorgoed mag ophouden.
Dat de wonden van alle beschadigde kinderen geheeld mogen worden.
Dat wij de eerbied voor het kind op alle gebied mogen hervinden.
Dat we mogen opstaan voor de zwakkeren en de misdeelden, waar dan ook.
Dat degene die zich niet in onze samenleving thuis voelen begrip mogen vinden.
Dat zij die door iedereen verlaten zijn thuis mogen komen bij een hart dat luistert.
Dat allen die het leven niet meer aankonden opgevangen worden door het Grote Mededogen.
Dat ons hart open blijft voor hen die ons lief hebben en ook voor hen die ons haten.
Dat wij de kracht mogen vinden om hen met wie wij niet in vrede kunnen leven, de hand te reiken.
Dat wij in alle wederwaardigheden van het leven kalmte en vertrouwen mogen bewaren.
Dat de krachten van geloof wijsheid en mededogen in ons blijven groeien.
Dat allen mogen volharden op hun zoektocht en in hun discipline.
Dat de laatste regel van de Hartsutra “Gegaan, gegaan, voorbij gegaan en zelfs voorbijgegaan aan het voorbijgaan “, voor iedereen werkelijkheid mag worden.
Wij bidden hiervoor tot de Boeddha’s en de Boddhisattva’s in alle tijden en alle ruimten.
Wij bidden hiervoor tot de Wijsheid voorbij alle Wijsheid.
Een filosoof stelde Lao Tse eens de vraag: ‘Wat is de weg?’
Lao Tse keek naar de heuvels in de buurt en zei: ‘De heuvels zijn prachtig.’
Dat leek een absurd antwoord en de filosoof vroeg nog eens: ‘Wat is de weg?’
En Lao Tse antwoorde: ‘De heuvels zijn prachtig.’
De filosoof draaide zich teleurgesteld om en ging weg. Lao Tse lachte.
Een van zijn leerlingen zei: ‘Meester, die man moet wel denken dat u niet goed wijs bent.’
Lao Tse zei echter: ‘Je kunt niet vragen: wat is de weg? Alleen onwetende mensen stellen zulke vragen. Er is geen weg die op je ligt te wachten. Jij bént de weg.’
Daarop zei de leerling: ‘Dat begrijp ik wel, maar waarom hebt u de heuvels erbij gehaald.’
Lao Tse antwoordde: ‘Ik moest wel over heuvels spreken, want, als je een weg wilt vinden, moet je over heuvels heen. De weg loopt achter die heuvels en de heuvels zijn zo schitterend dat niemand ze wil oversteken. Ze zijn zo betoverend, ze brengen je in zo’n hypnose, dat je er verdwaalt. En dan te bedenken dat de weg erachter loopt.’
Eten volgt op honger, drinken volgt op dorst, slaap komt na rusteloosheid en gezondheid neemt de plaats van ziekte in. De verdwaalden zullen hun weg vinden, degene die in moeilijkheden verkeert, zal een oplossing vinden, en de dag volgt op de nacht.
Misschien brengt Allah wel de overwinning of een beslissing volgens Zijn wil. (QS Al-Maïda 5: 52)
Vertel de nacht van de aanbrekende ochtend, wiens licht zal doordringen tot bergen en dalen. Geef de getroffene het bericht van een plotselinge opluchting dat hem met de snelheid van het licht of het knipperen van een oog zal bereiken.
Als u ziet dat de woestijn zich kilometers uitstrekt, weet dan dat er na die afstand groene weiden zijn met een overvloed aan schaduw. Als u het touw heel strak vastgebonden ziet, weet dan dat het zal breken.
Tranen worden opgevolgd door een glimlach, angst wordt vervangen door rust en onrust wordt door kalmte omvergegooid. Toen het vuur voor hem was aangestoken, voelde de Profeet Ibrahiem de hitte daarvan niet, door de hulp die hij van zijn Heer ontving.
Wij zeiden: ‘O vuur! Wees koel en veilig voor Ibrahiem!’ (Qs An-Anbiya 21: 69)
De zee heeft de Profeet Moesa niet verdronken, want hij sprak op een zekere, sterke en waarachtige manier:
‘Nee waarlijk! Bij mij is mijn Heer, Hij zal mij leiden.’ (Qs As-Shoe’ara 26: 62)
De profeet vertelde Aboe Bakr in de grot dat Allah bij hen was – toen daalden vrede en rust op hen neer.
Degenen die de slaven van het moment zijn, zien slechts de ellende en de hopeloosheid. Dit is omdat ze slechts naar de muur en de deur van de kamer kijken, maar zij zouden verder dan dit moeten kijken.
Wees daarom niet wanhopig: het is onmogelijk dat alles bij hetzelfde blijft. De dagen en jaren gaan door, de toekomst is onzichtbaar en iedere dag laat Allah weer dingen gebeuren. U weet het niet, maar misschien laat Allah naderhand iets nieuws gebeuren. En waarlijk, na moeilijke tijden komen gemakkelijke tijden.